Mijn zoon leest Einstein voor dummy's uit de bib van papa en komt soms met vragen af. Het relatief zijn van de Eenparig Rechtlijnige Beweging kon ik goed aantonen via het verhaal van de boot die afvaart met een slapende natuurkundige onder het dek (Galilei) en via wat gedachtenexperimenten (ik zet heel de wereld op een ruimteschip, je blijft achter op aarde, het ruimte vliegt langs je heen... wie beweegt er nu en en wie niet?.. antwoord: je kan enkel zeggen dat er beweging is tussen jou en het andere coördinatenstelsel)
Tot daartoe geen probleem.
Voor de eenparige versnelde beweging (algemene relativiteitstheorie) viel het AANVANKELIJK ook mee. Ik gebruikte het beeld van een astronaut die vanuit het moderschip in de vrije ruimte laveeert en steeds sneller viel naar een per definitie onzichtbaar zwart gat: die astronaut zou daar niets van merken: het zou voor hem overkomen alsof het moederschip dat heel ver weg lag, zich versnellend van hem verwijdert. Tot daartoe, vrij evident.
Blijft de vraag: kan je, standpunt aarde vanuit de algemene relativiteitstheorie, even goed zeggen dat de zon rond de aarde draait. Ik kon daarop niet antwoorden. Enerzijds lijkt mij zoiets prima. Maar anderzijds is daar toch de krom getrokken ruimte-tijd waardoor de zon duidelijk in het midden staat en de aarde gegeven de kromming de kortst mogelijk rechte lijn neemt. In het beeld van de ronddraaiende knikker in de emmer staat de zon toch ook in het middelpunt? Dus waar stopt hier het relatief zijn in het verhaal van de algemene relativiteitstheorie?