Hallo wetenschappers,
Als van een boiler warm water wordt getapt, wordt dat eruit geduwd door de druk van de koudwaterleiding. Het koude water stroomt er van onderen in en het warme water stroomt er van boven uit. Door het S.G. bevindt het warme water zich boven het koude water, en de grens daartussen verplaatst zich naar boven zolang er warmwater wordt getapt. Op een geven moment is het warme water op en is de boiler "leeg".
Het opwarmen van de boiler geschiedt doorgaans met een of meer elektrische elementen, maar er zijn ook boilers met een warmtewisselaar. Hierbij loopt de primaire leiding spiraalsgewijs in het boilervat waarmee het boilerwater door een gescheiden heetwatercircuit wordt opgewarmd. Bijv. van een HR-ketel en/of warmtepomp.
Mijn vraag is: Hoe gedraagt het boilerwater zich in de ketel als het wordt opgewarmd?
Als het gaat circuleren (omdat het verwarmde water naar boven gaat en het daar bevindende koude water naar beneden gaat) zal de gehele inhoud redelijk homogeen blijven en gaandweg warmer worden.
Als het niet gaat circuleren (het element/spiraal bevindt zich van onder tot boven) zal het opgewarmde water zich bovenin verzamelen en zal het nog koude water zich onderin verzamelen.
In beide gevallen zal de boiler geheel "vol" zijn als de ingestelde temperatuur is bereikt. Maar als halverwege het opwarmen dat proces wordt gestopt zal in het eerste geval de hele inhoud homogeen zijn met een temperatuur tussen koud en warm in, en in het tweede geval zal de bovenste helft geheel warm zijn en de onderste helft geheel koud. Dat laatste heeft dan het voordeel dat direct heet water beschikbaar is, weliswaar met de helft van de boilerinhoud, en in het eerste geval zal er slechts lauw water uit komen van de gehele inhoud.
Wie weet hier wat meer over te vertellen?
Jaques