Gegeven is de parabool met vergelijking y= -x² +2x. Een rechte door het punt( 3,1) en die niet
evenwijdig is met één van de assen, heeft één punt gemeenschappelijk met deze parabool.
Wat is de helling van deze rechte?
A. -15
B. -8
C. -3
D. -2
het juiste antwoord is B = -8. Ik volg nu wetenschappen wiskunde (7u) in het 6de secundair. Ik ben me aan het voorbereiden op het ingangsexamen arts en kwam deze oefening tegen. Ik had graag wat uitleg gewenst alvast dank!