Nolie schreef:
Wanneer men bv. een proefdier inspuit met een hapteen-carrier complex worden polyklonale AL geproduceerd,
elk AL is gericht tegen een andere epitoop van het hapteen-carrier compex.
Dit klopt. Met een epitoop bedoelen ze een herkenningssite op het carrier complex.
Zo'n proefdier zit vol met B-cellen (allemaal verschillende). Vele van die B-cellen zullen een andere deeltje (= een ander epitoop) van het complex herkennen en bijgevolg antilichamen tegen die herkenningssite produceren. Aangezien iedere B-cel een ander stukje van het antigen herkent worden er een heleboel verschillende antilichamen geproduceerd die, weliswaar allemaal hetzelfde complex herkennen, maar meer specifiek allemaal een verschillend stukje van dat complex herkennen. Als je dus antilichamen uit zo'n proefdier gaat zuiveren zal je een heel arsenaal vinden tegen het hapteen-carrier complex dat toch sterk verschillend is in de ruimtelijke positie waar dat complex herkend wordt.
Monoclonale antilichamen daarentegen zijn allemaal afkomstig van dezelfde B-cel. Bijgevolg zijn de antilichamen geproduceerd van die B-cel allemaal dezelfde. Als je die gaat opzuiveren krijg je dus een verzameling van antilichamen die allemaal hetzelfde epitoop van het carrier complex herkennen.
Nolie schreef:
Oei...
Ik zie net dat ik het bericht verkeerd heb geplaatst.
Dit hoort denk ik eerder bij biologie en medisch laboratorium onderzoek immunologie..
Moet ik dit daar nog eens posten?
Geen probleem, ik heb je topic zojuist daarheen verplaatst.
Liever niet opnieuw posten, dat zorgt alleen maar voor verwarring bij andere gebruikers die in jouw topic willen reageren.
"Success is the ability to go from one failure to another with no loss of enthusiasm" - Winston Churchill