De natuurkundeexamenstof voor vwo en havo is dit jaar vernieuwd, meer contextgericht, er is bijvoorbeeld een hoofdstukje informatieoverdracht toegevoegd. Het gaat over de begrippen draaggolf, amplitudemodulatie, frequentiemodulatie, bandbreedte, kanaalscheiding; "minimaal in de context van telecommunicatie (tv, radio, telefoon)". Met kanaalscheiding wordt het frequentieverschil tussen twee kanalen bedoeld.
Ik heb moeite met de begrippen bandbreedte en kanaalscheiding bij FM-radio en mobiele telefonie.
1) Waarom is de afstand tussen FM-radio kanalen 200 kHz? De bandbreedte van het audiosignaal is slechts 15 kHz.
2) Mobiele telefonie: een oefenopgave is bijvoorbeeld: In de telecommunicatie [bijvoorbeeld mobiele telefonie] wordt gebruik gemaakt van kanaalscheiding. Wat is kanaalscheiding? Gebruik in je antwoord het begrip bandbreedte.
Ik kan geen heldere uitleg vinden over kanaalscheiding bij de huidige mobiele telefonie. Wikipedia (klik) zegt dat GSM-1800 gebruik maakt van een 75 MHz brede band voor het zenden van telefoon naar de GSM-mast (uplink) en een 75 MHz brede band voor de omgekeerde richting (downlink), waarbij beide banden verdeeld zijn in 374 kanalen met een breedte van 0.2 MHz. Maar een telefoontoestel communiceert als ik het goed begrijp met een spread spectrum techniek (CDMA) die de boodschap verspreidt over verschillende kanalen. Wat is dan de kanaalscheiding en bandbreedte bij het versturen van de boodschap?