Deze thread kan je snel terugvinden via de link "FAQ Formules", rechts boven
Een overzicht van alle speciale symbolen die je tussen [ tex ] en [/tex] vind je in dit bestand.
Nu een aantal veelgebruikte zaken. Om te zien wat de code is kan je er met je muis er boven hangen, erop klikken opent de broncode in een popup scherm (dat werkt overigens bij iedere formule op het forum).
Machtsverheffen:
[ tex ] a^b [ /tex ] -->
\(a^b\)
Let op bij machtsverheffen: alleen het eerste teken na ^ wordt verheven. Dus als je a tot de macht bc wil doen, dan kan je niet dit doen:[ tex ] a^bc [ /tex ] -->
\(a^bc\)
maar moet je een van deze twee manieren gebruiken:[ tex ] a^b^c [ /tex ] -->
\(a^b^c\)
[ tex ] a^{bc} [ /tex ] --> \(a^{bc}\)
Subscript:
[ tex ] a_b [ /tex ] -->
\(a_b\)
Ook voor subscript geldt dat alleen het eerste teken na _ in de subscript komt te staan, tenzij het allemaal tussen { en } staat. Gebruik dus[ tex ] a_{bc} [ /tex ] -->
\(a_{bc}\)
Worteltrekken:
[ tex ] \sqrt{a} [ /tex ] -->
\(\sqrt{a}\)
[ tex ] \sqrt[n]{a} [ /tex ] --> \(\sqrt[n]{a}\)
Breuken:
[ tex ] \frac{a}{b} [ /tex ] -->
\(\frac{a}{b}\)
Zolang het maar tussen de { en } haakjes staat, kan je zoveel je wilt in de teller of de noemer zetten:[ tex ] \frac{2005\pi\sqrt[n]{a}}{b} [ /tex ] -->
\(\frac{2005\pi\sqrt[n]{a}}{b}\)
Integralen en producten:
[ tex ] \int f(x) dx [ /tex ] -->
\(\int f(x) dx\)
[ tex ] \int_0^y f(x) dx [ /tex ] --> \(\int_0^y f(x) dx\)
[ tex ] \prod f(x) dx [ /tex ] --> \(\prod f(x) dx\)
[ tex ] \prod_a^b f(x) dx [ /tex ] --> \(\prod_a^b f(x) dx\)
Speciale functies:
Als je sin, cos, tan, exp, ... wil gebruiken, dan moet je deze niet 'los' typen in latex. Je moet hier een backslash voor zetten, anders denkt latex dat je geen sin bedoelt, maar s*i*n:
[ tex ] sin [ /tex ] -->
\(sin\)
[ tex ] \sin [ /tex ] --> \(\sin\)
[ tex ] \cos \tan \exp \ln \log \lim ... [ /tex ] --> \(\cos \tan \exp \ln \log \lim ...\)
Speciale symbolen
Een overzicht van alle speciale symbolen die je tussen [ tex ] en [/tex] vind je in dit bestand.
De belangrijkste zijn in ieder geval de griekse letters:
[ tex ] \alpha \beta \Gamma \gamma \Delta \delta \dots \Phi \phi \chi \Psi \psi \Omega \omega [ /tex ] -->
\( \alpha \beta \Gamma \gamma \Delta \delta \dots \Phi \phi \chi \Psi \psi \Omega \omega \)
en een paar speciale tekens:[ tex ] \infty \nabla \pm \leq \geq \rightarrow \in \notin \equiv \neq \propto \partial \forall \exists[ /tex ] -->
\(\infty \nabla \pm \leq \geq \rightarrow \in \notin \equiv \neq \propto \partial \forall \exists\)