Ik ben geinteresseerd in de Lorentz-transformatie. Meer specifiek ben ik geinteresseerd in de vraag wat een Lorentz-tranformatie doet met de afstanden (spiegeltje tot spiegeltje) van een lichtklok. De aanvankelijke vraag was of een Lorentz-transformatie deze afstanden nou vergroot of verkleint?
Daarom heb ik eens beter naar de Lorentz-transformatie gekeken. ik heb een snelheid gekozen. en ik heb een lichtsnelheid gekozen. Deze waardes staan in de afbeelding. v=(3/5), c=1
Vervolgens tekende ik het stilstaande stelsel R, met daarin de Lorentz-getransformeerde stelsel R'. Hier lijken de afstanden Δx in r te corresponderen met afstanden Δx' in R' via de verhouding van de Lorentz-factor (gamma). de waardes voor Δx' zijn hier groter dan Δx.
Maar daar ben ik niet opgehouden. Ik heb vervolgens het R' stelsel getransformeerd naar R'' met de waardes v=(-3/5), c=1. Je ziet nu dat R'' = R.
Nu heb ik gekeken naar de lengtes Δx' en Δx'' Ook hier lijken de afstanden Δx' in r' te corresponderen met afstanden Δx'' in R'' via de verhouding van de Lorentz-factor (gamma). Maar de waardes voor Δx'' zijn hier kleiner dan Δx'.
Verwarrend toch?
als je van stelsel naar stelsel transformeert met de lorentz-transformatie. dan lijk je afwisselend een verkorting en een verlenging van delta-x-afstanden waar te nemen. Doe je dit niet afwisselend, dan klopt de lorentz-transformatie niet meer. dat wil zeggen dat in dat geval stelsel R'' niet meer overeenstemt met stelsel R