Op nummer 9: Atoommodel Rutherford (1911)
Bepaald via 'bombardement' van alfadeeltjes dat een atoom een (zeer kleine) kern heeft.
Uit theoretische beschouwingen en proeven met radioactieve stralen bleek dat atomen onmogelijk een massieve structuur konden bezitten. Rutherfort formuleerde de volgende eigenschappen:
-Een atoom heeft een kleine kern waarin alle postieve lading en bijna alle massa geconcentreerd is.
-De negatieve elektronen vormen een ijle wolk rond de kern.
Volgens Rutherford bestond een atoom uit de volgende delen:
Een kern die opgebouwt is uit protonen en neutronen.
Een elektronenmantal die bestaat uit snel bewegende elektronen rond de kern.
