Flisk schreef:
Ik heb nooit geleerd dat twee objecten die naar elkaar toe bewegen in een rechte lijn naar een gemeenschappelijk punt vallen. Ik vind daar ook niet direct een bron voor.
neem twee puntmassa's m1 en m2, m2 met een 2 x zo grote massa als m1, in een verder geheel lege en krachtenvrije ruimte
Zet ze op 300 km afstand van elkaar. Het gemeenschappelijk massamiddelpunt van dit systeem ligt dan op 100 km van m2, en op 200 km van m1.
Ze oefenen een zwaartekracht F op elkaar uit. Die is voor beiden gelijk.
Laat ze los.
Volgens F=m·a zal de versnelling van m2 de helft bedragen van de versnelling van m1 (t.o.v. een vast punt op de lijn tussen beide puntmassa's), want F is voor beide gelijk, dus als de massa 2 x zo groot is moet de versnelling wel 2 x zo klein zijn.
Na verloop van tijd knallen beide puntmassa's op elkaar.
Veronderstel even dat de kracht gelijk blijft, en de versnelling dus ook niet verandert.
bewegingsvergelijking voor elke massa is s(t)=½at²
t is voor beide gelijk (duhh), t² dus ook, hieruit volgt dat in de tijd tussen loslaten en botsing de kleinere massa m1 een 2 x zo grote afstand zal afleggen als de grotere massa m2.
Overigens óók als de kracht en dus die versnelling zoals in werkelijkheid bij zwaartekracht zal blijven toenemen naarmate ze elkaar naderen, alleen wordt dan de wiskunde een stukje ingewikkelder. (dan geldt bovenstaande redenering voor elk infinitesimaal stukje van de nadering en dus ook voor heel de nadering)
Ergo, de plaats van botsing wordt dat gezamenlijke massamiddelpunt.
Misschien nog simpeler: er is een wet van behoud van impuls. Vóór het loslaten is de impuls 0 want de snelheid van beide puntmassa's is 0 . De totale impuls moet dus ook nul blijven ná loslaten. Dat kan alleen als de snelheid van de dubbele massa m2 maar half zo groot wordt als die van de kleinere massa m1.
Met een halve snelheid leg je ook maar de halve afstand af.
Ergo, de plaats van botsing wordt (ook weer) dat gezamenlijke massamiddelpunt.
QED