Een
artikel van
Berry laat zien welke basiseigenschappen van een optisch anisotrope plasticfolie, zoals overheadsheet, kunnen worden afgeleid uit de conoscopische figuur. De drie brekingsindices n
x, n
y, n
z kunnen worden afgeleid uit θ
ext, dat is de helft van de hoek tussen de twee optische assen (de bullseyes), N, dat is het aantal ringen tussen de ene bullseye en het midden, en n', de brekingsindex die volgt uit meting van de zijwaartse verplaatsing van een lichtstraal die scheef invalt op een stapel overheadsheets (planparallelle plaat). De x-as is de lijn door de twee bullseyes, en de z-as staat loodrecht op het vlak van de folie. De overheadsheet is makkelijker dan het algemene geval van een willekeurige kristalsnede, omdat de normaal van de folie de bissectrice van de twee optische assen blijkt te zijn.
Het recept van Berry toegepast op de conoscopische figuren van de arrivatrein en mijn overheadsheet leidt tot waarden voor n
x, n
y, n
z die vergelijkbaar zijn met de uitkomst die hij kreeg bij zijn overheadsheet:
Code: Selecteer alles
θ_ext N n_x n_y n_z
45° 10 1.52 1.57 1.86 arrivatreinraam
45° 6 1.54 1.57 1.72 mijn overheadsheet
27° 3 1.55 1.57 1.89 overheadsheet van Berry
(λ = 0.55 µm, foliedikte L = 0.1 mm, n' = 1.57)
De mate van dubbelbreking in een willekeurig punt van de conoscopische figuur is gedefinieerd als Δn = n
slow - n
fast . In de bullseyes is Δn = 0, en midden tussen de bullseyes is Δn = n
x - n
y . Het aantal ringen tussen een bullseye en het midden, N = Δn L / λ, is evenredig met de laagdikte L en omgekeerd evenredig met λ. Dat N omgekeerd evenredig is met λ kun je controleren in een kleurenfoto van het arrivatreinraam door de RGB-kleuren te scheiden. Bij de rode kleur, met de grote λ, is N inderdaad kleiner.
- kleuren3 1867 keer bekeken
Dat N evenredig is met de laagdikte L zou je moeten kunnen controleren met overheadsheets bovenop elkaar, maar dat gaf een onduidelijk ringenpatroon. .
(
Berry)