Stel je voor dat de zon is omringd door een groot aantal gewichtloze niet-roterende concentrische ringen. Van één zo'n ring heel ver van de zon stuur je nu een lichtpuls die rakelings lang de zon scheert en aan de andere kant van die ring weer wordt opgevangen. Dat geeft alvast als begin- en eindpunt twee vaste punten van de lichtbaan. Maar je kunt je ook voorstellen dat er door de bewoners van de tussenliggende ringen poortjes worden geplaatst op de punten van hun ring waar ze de lichtpuls zien passeren. En daarmee is dus in principe de hele lichtbaan van beginpunt tot en met eindpunt door de tussenliggende reeks van poortjes vastgelegd. Elke volgende lichtpuls zal immers datzelfde traject volgen. Dus de tijd valt er dan uit weg en er rest enkel een geometrische kromme die van begin- tot eindpunt door de poortjes loopt.
Willen we nu aan de hand van de ringen het verloop van de lichtafbuiging volgen dan hebben we een probleem want binnen de gekromde ruimtetijd volgt het licht zelf volgens de ART al een rechte lijn, dus ten opzichte van wat meet je dan de afbuiging? Daarom nemen we aan dat de ringbewoners beschikken over karretjes met een grote draaibare pijl op het dak waarbij die pijl bij één complete rondgang van het karretje over de ring ten opzichte van het karretje zelf precies één keer om zijn as draait. De pijl wordt daarbij geacht gelijkmatig met de afgelegde afstand over de ring rond te draaien zodanig dat de draairichting van de pijl de rotatie van het karretje compenseert. Met behulp van dergelijke karretjes kunnen de ringbewoners hun ringen dan ondanks de kromming van de ruimtetijd voorzien van een stelsel evenwijdige lijnen. Om de richtingen van de lijnen op de ringen met elkaar in overeenstemming te brengen gebruiken we een als ijking uitgezonden lichtstraal die vanaf heel ver weg recht naar het centrum van de zon koerst; de pijlen op de karretjes worden dan zodra die lichtstraal de betreffende ringen passeert daarmee uitgelijnd.
Volgens deze opzet kan het verloop van de lichtafbuiging langs de gehele lichtbaan op de ringen gemeten worden. Bovendien wordt het begrip rechte lijn daarmee in ere herstelt en losgekoppeld van het begrip geodeet.