1. Bij de naamgeving van zouten worden geen voorvoegsels als di- en tri gebruikt om de verhouding tussen de ionen aan te geven.
2. De drie vormen van zinkcitraat hebben te maken met het feit dat citroenzuur een driewaardig zuur is. In theorie vierwaardig, omdat de OH-groep ook nog een proton zou kunnen afstaan.
Het zuurrestion heet dan
-citraat (C6H5O73-)
-(mono)waterstofcitraat (C6H6O72-)
-diwaterstofcitraat (C6H7O7-)
En de zouten heten dan
Zinkcitraat
Zink-mono-waterstofcitraat
Zink-diwaterstofcitraat
Het gebruik van de aanduiding mono is volgens mij niet verplicht, maar voorkomt een hoop verwarring. Hetzelfde geldt voor de streepjes. Niet verplicht, maar het maakt een en ander een stukje makkelijker te lezen.