Het plaatje is fout, zoals al eerder gezegd.
Xilvo schreef: ↑vr 04 nov 2022, 12:25 Ik heb nog even naar jouw definitie gekeken.
Ten eerste moet je altijd vertellen voor welke waarnemer je spreekt. De afstand d'' is anders voor een waarnemer in de trein dan voor een waarnemer naast het spoor.
Als je het hebt over afstanden zoals gemeten in het inertiaalstelsel van het voorwerp (dus d' voor een waarnemer naast het spoor, d'' voor een waarnemer in de trein), dan kunnen die nooit gelijk zijn.
Dat is gedaan op veel plaatsen op de aarde, al dan niet met opzet. De snelheid van die plaatsen verandert voortdurend van snelheid, zowel qua grootte als richting. Veel meer dan met een trein mogelijk is. Dat heeft geen enkel effect op de waargenomen patronen.
Goed dat je dit nu erkent. Maar zonder dat begrip zal je geen "betere" definitie van gelijktijdigheid kunnen bedenken. Waarmee het topic feitelijk zinloos is.
Je laat hier inderdaad zien dat de afstanden niet gelijk zijn. Dat zijn ze nooit, zodat daarmee geen universele gelijktijdigheid gedefinieerd kan worden.
Bron: kwalitatief-vs-kwantitatiefKwantitatieve dataverzameling en -analyse richt zich op numerieke data (getallen) en statistiek, terwijl bij kwalitatief onderzoek wordt gefocust op woorden en betekenissen. Beide soorten onderzoek zijn essentieel om verschillende soorten kennis te verzamelen.
Een extra reden om je in het Minkowski diagram te verdiepen. Daarmee kun je de SRT uitstekend verbeelden.
Ik denk dat dat niet zo is. Een plaatje zegt niet voor niets meer dan duizend woorden. Ook mensen die de formules goed kennen en weten te gebruiken hebben veel aan bijvoorbeeld een Minkowski diagram. Studieboeken staan vol met plaatjes.
Waarom? Je bent in dit topic toch bezig met gelijktijdigheid in de SRT? Dan kun je niet met variabele lichtsnelheid werken want die snelheid is niet variabel.
Ja. Zie ook de ladder schuur paradox waar wnvl1 je eerder in dit topic op attendeerde. Mensen plaatsen niet voor niets reacties. Doe daar eindelijk eens wat mee. Dat heeft trouwens weinig met de tweelingparadox te maken.
Volkomen voorspelbaar. Makkelijk in te zien met een Minkowski diagram.
Welnee, hoe kom je daarbij? Je gaat nu wel heel creatief met de waarheid om.
Weet je nog?Als ik Relativiteitstheorie probeer te begrijpen komt het begrip 'gelijktijdigheid' langs. Mij valt op, en misschien schrijft Einstein dat zelf ook al, dat er niet een heel goede DEFINITIE van GELIJKTIJDIGHEID bestaat.
Die definitie (de formule was trouwens t1 + (t2 - t1)/2 en dat betekent nog niets zonder de uitleg erbij) werkt prima in elk inertiaalstelsel in de SRT. Waarom vind je dat die definitie niet universeel is?tuander schreef: ↑ma 07 nov 2022, 18:12 Daar komt nog bij, als iemand een andere definitie van gelijktijdigheid geeft is dat ook goed.
Zelfs de definitie T3 = (T2-T1)/2 die alleen in Relativisme werkt (of in een klassiek restframe) is ook welkom in dit topic, al is dat zeker geen universele definitie.
Het is denk ik niet zo dat je kunt kiezen welke methode je kiest: klassieke natuurkunde, SRT, ART. Het is hooguit zo dat in bepaalde situaties (weing zwaartekracht, zaken die relatief lanzaam bewegen tov de lichtsnelheid) de fouten die je maakt zo klein zijn dat je ze mag verwaarlozen tov de ART en je dus kunt kiezen om de SRT of zelfs klassieke mechanica te gebruiken. maar in dit geval waar je praat over ''treinen" die een snelheid hebben van een behoorlijk groot percentage van de lichtsnelheid bedragen, maak je te grote fouten als je klassieke natuurkunde gebruikt ipv SRT. Dan kun je niet anders dan de lichtsnelheid voor alle waarnemers hetzelfde aanmenen=c met alle consequenties die daarbij horen.
als je de (niet bestaande) situatie wilt beschrijven waarbij de lichtsnelheid die een waarnemer meet gelijk is aan c+ de relatieve snelheid van het medium waarin het licht zich voortplant tov de waarnemer, dan het je feitelijk het zelfde gedrag als dat van geluid, maar dan geluid wat met een voortplantings snelheid gaat van 300000km/s in een (in het echt niet bestaand) medium. Dus als je dat op die manier opschrijft dan zou dat toch moeten lukken. Het medium is dan de lucht in de trein of de lucht op e stilstaande aarde Als je dan die methode uitwerkt naast de werkelijkheid waarbij de lichtsnelheid c is voor alle waarnemers, dan kan dat misschien leiden tot beter begrip van de SRT. Maar simpeler is natuurlijk om gewoon de werkelijkheid te nemen waarbij licht zich verplaatst met een snelheid c tov alle waarnemers met dus als onvermijdelijk gevolg dat tijdsverloop niet meer altijd gelijk is.
Als ik daar goed over nadenk heb ik daar zelf ook wel een probleem met. Ik verwijs dan opnieuw naar de wiki pagina over het "hole argument".
De definitie van gelijktijdigheid was volgens Einstein precies zoals ie voor iedereen is. Iets gebeurt tegelijkertijd. Meer niet.tuander schreef: ↑vr 04 nov 2022, 10:08 Als ik Relativiteitstheorie probeer te begrijpen komt het begrip 'gelijktijdigheid' langs. Mij valt op, en misschien schrijft Einstein dat zelf ook al, dat er niet een heel goede DEFINITIE van GELIJKTIJDIGHEID bestaat. Of in ieder geval niet wordt gegeven door Einstein. Bestaat er wel een algemeen aanvaarde definitie? Of moet die nog gemaakt worden? Ik kan er eigenlijk weinig over vinden.